Twee salons in hetzelfde pand

Marja_Diana_besparen_door_samen_te_werken_bijzondere_kapper_ANKO

Tot een jaar of drie geleden kenden ze elkaar amper. Toch werken Marja Schoenmaker en Diana van der Velde nu intensief samen en delen ze een pand in Wageningen. Dat hadden ze veel eerder moeten doen, vinden ze zelf.

Foto: Diana (links) en Marja (rechts).

Het was Marja, eigenaar van M&L Haarmode, die de stoute schoenen aantrok en het initiatief nam. Corona was indirect de aanleiding. “Ik werkte met tien medewerkers. Doordat we op afspraak moesten gaan werken, kreeg ik de gaatjes niet meer opgevuld.” Marja vroeg medewerkers of ze ervoor openstonden om minder te gaan werken of een andere baan te gaan zoeken. Vijf collega’s kozen voor het laatste, waardoor het team op een natuurlijke manier halveerde. “Toen zat ik ineens in een veel te groot pand voor een team van zes personen. Wasbakken en lampen gingen stuk, maar ik had al het geld nodig. Mijn team was niet dusdanig zelfstandig, dat zij het zouden redden als ik om welke reden dan ook uit zou vallen. Alles bij elkaar kreeg ik steeds meer het gevoel dat ik het niet goed geregeld had.” Diana kende ze vaag. Zij was de eigenaar van de salon Haircreators om de hoek. “Ze was een keer bij me in de salon geweest en ik vond haar meteen een leuke vrouw. Ik vroeg haar of ze een keer wilde komen kletsen.” Wat het doel van dat gesprek was, wist ze toen nog niet.

Ultieme droom

Een gezellige sparsessie volgde. De dames bleken niet alleen hun vak en vestigingsplaats gemeen te hebben, maar ook hun normen en waarden, hun bevlogenheid en hun niet-lullen-maar-poetsen-mentaliteit. En óók Diana had financieel een knauw gekregen door de coronacrisis. Na anderhalf uur vroeg Diana waar Marja van droomde. Daar kon ze geen antwoord op geven. “Mag ik eens voor jou dromen?” vroeg Diana haar. Dat mocht. “Wat nou, als je naar mijn pand verhuist?” Bij Marja viel het kwartje; ja, dat was het!

Financiële afspraken

Hoewel het huurcontract van Marja ervoor zorgde dat de verhuizing pas anderhalf jaar later kon plaatsvinden, waren de onderlinge afspraken zó gemaakt. Daar was één gesprek voor nodig, waar ook de man van Marja – een econoom – en een financieel goed onderlegde vriend van Diana bij aanschoven. “We waren zelf vooral heel enthousiast,” vertelt Diana. “We hadden allerlei leuke plannen voor onze salons. Maar we wilden er ook voor zorgen dat de praktische zaken goed geregeld werden.” Tijdens dat gesprek werd besloten dat zowel Diana als Marja de naam van hun eigen salon zouden behouden. Beide salons waren bekend in de buurt en het zou bij klanten voor verwarring kunnen zorgen als Marja ineens onder de naam van Diana ging werken. Of als ze een gezamenlijke, nieuwe naam zouden krijgen.

Prijsverhoging

Diana moest een kleine prijsverhoging doorvoeren om haar tarieven beter te matchen met die van Marja. “Van klanten heb ik daar geen reacties op gehad,” zegt ze. Marja gebruikt met haar vijf collega’s een groter deel van het pand dan Diana, die één medewerker heeft. De huurkosten verdelen ze naar rato. Diana: “Ook hebben we afspraken gemaakt over de consequenties bij ziekte, overlijden en ruzie. We gaan er niet vanuit dat we daarmee te maken gaan krijgen, maar we wilden dat graag dichtgetimmerd hebben. De ANKO heeft hier een standaardcontract voor. Dat hebben we een klein beetje aangepast en samen ondertekend.”

Marja_Diana_besparen_door_samen_te_werken_ANKOAnders dan collega in loondienst

Begin dit jaar was het dan eindelijk zover. Marja is verhuisd en op het pand shinen de namen van de twee salons. Hoe bevalt de samenwerking? “We hadden het veel eerder moeten doen,” zegt een opgeluchte Marja. Als wordt gevraagd naar het grootste voordeel, antwoorden de twee in koor: “De gezelligheid!” Diana: “Ik had een collega, natuurlijk. Maar het is écht anders om met iemand te werken die zelf ook onderneemt. Die niet vraagt of de uren voor de cursus waar we naartoe gaan worden uitbetaald. Die er óók onvoorwaardelijk voor gaat. Mensen zeggen weleens tegen mij dat ik niet zo hard moet werken. Maar Marja heeft nóg meer energie en werkt minstens zo hard als ik. Dat werkt motiverend. Het helpt ook om iemand te hebben met wie je kan sparren.”

Minder kosten

Er zijn ook financiële voordelen. Zoals gezegd wordt de huur naar rato verdeeld en dat betekent dat Diana maar 35 procent van haar oude huurprijs betaalt. Marja betaalde in haar oude pand ongeveer net zoveel als Diana. Zij betaalt nu 65 procent. Diana: “Ook delen we de gemeentebelasting en de kosten voor gas, water, licht, koffie, thee en schoonmaakmiddelen. Sommige kosten gaan natuurlijk ook iets omhoog doordat we samen zijn gegaan. Al met al levert het mij een kostenbesparing op van zo’n € 1.500 per maand. Voor Marja zal dat bedrag iets lager liggen.”

Elkaar iets gunnen

Voor andere ondernemende kappers die overwegen te gaan samenwerken, hebben Diana en Marja tips. Marja: “Wees open en eerlijk naar elkaar. Zo vond ik dat er wel wat beter schoongemaakt kon worden. Het was niet makkelijk om daar iets van te zeggen, maar ik heb het wel meteen gedaan. Zo komt er niets tussen ons in te staan.” Ook naar elkaars werknemers kunnen ze feedback geven. Diana: “Van het begin af aan hebben we medewerkers meegenomen in de nieuwe werkwijze. Hen is duidelijk dat als er bijvoorbeeld een klant van Marja binnenkomt, het team van Marja druk is en wij het even rustig hebben, wij die klant helpen alsof het onze eigen klant is. Andersom gebeurt dat ook.”

Ze geven nog een laatste tip: gun elkaar de klanten. Diana: “Er is geen jaloezie. We zien het zo: alles wat we delen, vermenigvuldigt zich. We doen het mét elkaar en helpen elkaar. En ook dat hebben we onze collega’s meegegeven. ”

Gezamenlijke marketing

Of Marja en Diana ooit onder één naam verdergaan, weten ze nog niet, al staan ze er wel voor open. Er zijn in ieder geval plannen om de marketing van beide salons samen te voegen, omwille van tijd- en kostenefficiëntie. En als de contracten van productleveranciers aflopen, gaan Marja en Diana waarschijnlijk met dezelfde merken werken. “Dan kunnen we ook op vakinhoudelijk niveau sparren. Daar kijk ik naar uit!”